De bron werd geassocieerd met moeder aarde. De boom werd geassocieerd met de kracht van de natuur. In veel religies staat de levensboom voor symbool voor het leven. Door het weer tot leven komen in de lente en het afsterven in de herfst staat de boom symbool voor de wedergeboorte en de overwinning op de dood. In het oude testament wordt gesproken over ‘de boom des levens’ en het planten van meibomen als aankondiging van de opleving van de natuur in de lente.
De eik en de linde
Zij werden als heilig beschouwd. De eik is een van de bomen die goed gedijen op krachtplaatsen.
De Germanen wijdden de eik dan ook aan hun oppergod Wodan en hielden rechtspraak onder de boom. Eiken werden zelden tot nooit binnen het dorp geplant. De eik werd gezien als een symbool van macht, kracht en aanzien. Missionarissen lieten later de bomen kappen zodat zij de gelovigen konden ‘bewijzen’ dat er geen god in huisde.
Andere bomen die boven een Leylijn of waterader worden geplant hebben meer moeite met groeien. De meeste vertakken zich direct boven de grond, weer anderen krijgen uitstulpingen of verdraaiingen van de bast. Hieronder laat ik een aantal voorbeelden zien van bomen die ‘het niet zo naar hun zin hebben’ op de plek waar zij staan.